Over dingen en doetjes in Denemarken.

dinsdag 7 juli 2020

Nu Randers

We maakten weer een treinreisje, dit keer naar Randers om het Regnskov - het overkoepelde regenwoud te bezoeken. Je móet een plaatskaartje hebben en het kan lastig zijn om een tijdstip te vinden voor vier personen. Wij zaten daarom al om tien voor acht in de trein. Nu ligt Randers ook weer niet naast de deur, de treinreis duurt even lang als die naar Kopenhagen. Maar iedereen moet zitten, dat geeft veel rust. En het landschap glijdt voorbij zonder auto-stress en ongemerkt. Zo hoorden we bij de eersten die naar binnen konden in het regenwoud.
Jaa, ook hier: 50% korting op de tickets!



Randers Regnskov is echt prachtig! 
Hier zijn we in Zuid Amerika en bewonderen onder andere de vlinders, slangen en vogels.



 Als je daarna ook Afrika en Azië hebt gezien, dan kun je buiten zien dat er een groot gebied in aanleg is voor Scandinavische dieren. 
Er is zoveel ruimte daar in Randers.

We gingen "de stad" in om wat te eten; we keken wat rond in de winkeltjes, kochten wat kleinigheidjes, schuilden voor de heftige regenbuien en namen de trein terug naar huis.


Weer zo'n fijne dag

zondag 5 juli 2020

In het midden.

De reisduur - met de trein - van Fredericia naar København is 1 uur en 50 minuten. Met de sneltrein wel te verstaan, die alleen stopt in Odense. Als  je de stoptrein neemt doe je er een uur langer over. De hoofdstad ligt dus nogal in een uithoek van het land.
Maar ooit lag de stad in het midden van het Deense rijk.



Dat was tijdens het regime van koning Christan de vierde. Hij was degene die heel veel bouwwerken liet verrijzen, hieronder ook de Rundetårn die wij afgelopen donderdag bezochten. 
Aan de rechterkant van de gang die naar boven voert is een opening - een gat waar je naar binnen kunt. Dan sta je op een glazen plaat precies in het midden van het land -  het midden van toen.




De koning en zijn gezanten konden toendertijd met paard (en wagen) naar boven rijden. Alleen op het laatst moet je een trap op.


  • Door de vele oorlogen moest Denemarken veel land afstaan. Vooral na de slag van Waterloo moest Denemarken boeten voor het feit dat ze Napoleon "gesteund"hadden. Kopenhagen werd gebombardeerd door de Franse keizer en men moest een groot gedeelte van de vloot overdragen. Dat gaf weer oorlog met Engeland.

In het vredesverdrag verloor men:
Halland, Skåne en Blekinge, die werden Zweeds, Gotland ook.
Bornholm mochten we houden.
Noorwegen werd zelfstandig - bevrijdt van het juk van Denemarken.


alleen het witte was Deens

Tja... in 1865 verloren we Noord Sleeswijk aan de Pruisen, maar zoals eerder verteld sinds hoort dat sinds 1920  toch weer bij Denemarken. Een stukje geschiedenis.
Het kan verkeren!


vrijdag 3 juli 2020

Ud og Se..

"Ud og Se med DSB" luidt de slogan.
Ga erop uit met de trein, betekent het. En dat doen we dan ook.
Omdat er weinig toerisme is en verwacht wordt heeft DSB (de Deense Staatsbaan) in overleg met de regering  een aanbieding waar je gewoon geen "nee" kunt zeggen.
Een hele week reizen met trein, metro en/of bus voor: 299,00 kronen. Dat is nog geen 40 Euro!
Tel daarbij op dat alle musea, attracties en bezienswaardigheden slechts de helft van de prijs zijn....wat een aanbod!

Wij togen naar Kopenhagen - København (uitspraak kjeuwenhaun), dochter, kleinzoon en ik om de panda's te bekijken in de Zoo; wat was het lang geleden dat ik in de dierentuin van Kopenhagen was.



Kijk hem daar zitten op z'n dooie gemak lekker bambus te eten. 
Het vrouwtje lag te slapen in de schaduw, maar hij zat daar pontificaal voor de ramen van het restaurant.  De panda's zijn uitgeleend door China; ooit moeten ze weer terug, dus moet er goed op ze worden opgepast. Vorig jaar was er grote paniek, want eentje was uitgebroken. Gelukkig hebben ze die weer gevonden, want anders...



We zagen ijsberen die je ook onder water kon zien zwemmen. Wat zien ze er dan elegant uit. We zagen het nieuwe olifantverblijf. De twee Tasmaanse duiveltjes die het kroonprinsenpaar kreeg bij hun huwelijk. We zagen alles in het ene gedeelte; het safariegedeelte sloegen we over, dat kunnen we hier in Givskud zien en we wilden ook nog wat van de binnenstad zien.


Met de bus terug naar het Centraal Station en vandaar wandelden we langs Tivoli, over het Raadhuisplein, over Strøget, langs het Storkespringvand, het vernieuwde Kongens Nytorv met de schouwburg... 



langs Nyhavn en 




het Ofeliaplein , waar het nieuwe koninklijke theater ligt met het operahuis aan de overkant (en waar je mag zwemmen)

Verder naar Amalienborg, de koninklijke paleizen. Het zijn er vier. In het ene woont de koningin, het andere wordt bewoond door de kroonprins, zijn vrouw en de vier kinderen. Een paleis heeft een aantal presentatieruimtes en in het andere zijn logeerkamers (het zullen wel suites zijn).





We landden bij "la Glace" een conditorie sinds 1870 waar we heerlijke taart aten..



Weer verder, langs het slot Rosenborg waar de kroonjuwelen worden bewaard, langs het park Kongens Have, terug door de stad en we klommen helemaal tot de top van de Rundetårn.




We gingen eten op Kultorvet; het kolenplein en slenterden met vermoeide voeten terug naar het station.

 Over de Storebælt.



Een treinreis van 1 uur en 50 minuten. 
Tja, ik kom er ook niet iedere dag.


Skål!



woensdag 1 juli 2020

Natuurlijk.

Gisterenavond keek ik op tv naar het programma "Leer het van de meesters".
Als eerste kwam "meesterkok" Rasmus Kofoed van het restaurant Geranium in Kopenhagen op de buis.
Ja, een echte meester. Het restaurant heeft 3 Michelinsterren en in 2011 won hij de voorname Bocuse d'Or prijs.

Eigenlijk....tja...eigenlijk is het een kwestie van kunnen proeven en smaken kunnen combineren. 
Eigenlijk....is het gewoon heel simpel eten.
Hij gebruikt de dingen die gewoon (ook wild) in de natuur groeien. Of de producten die een ieder gewoon in huis en tuin heeft.
En eigenlijk is het héél duur eten met simpele ingrediënten.

Nu gaat er bij mij een lichtje op. Wij reden vorige week langs een veld vol met bloeiende bieslook. Ik knip normaal de knoppen ervan af en gebruik alleen de stengels. Maar de beroemde kok gebruikt én de knoppen én de bloem.



Van restjes kaas - vooral diegene die een beetje zout is, maakt hij een hele simpele kaassaus. Water in de pan; de grof geraspte kaas erbij en heel rustig een half uurtje laten pruttelen op het fornuis. Het bovenste eraf scheppen en hiervan een beetje over de sla druppelen; de rest zeven en door het gerecht roeren.

Ach, ik zal je verder niet plagen met de rest, maar het inspireert wel.
Vandaag maakte ik daarom heerlijke limonade van de rabarber en bessen uit de tuin.










maandag 29 juni 2020

Schottelslet.

Unne schottelslet; zo noemde ons oma de vaatdoek.
En de schottelslet ging elke dag de was in.
Dat doe ik nog steeds en hier met die warme dagen neem ik vaak twee keer per dag een schone. Wat ruiken die dingen vies in de hitte! Bacteriebommen! Dan maar wat extra wassen, nietwaar.

Hoe kom ik nu op die schottelslet?!
Wel, ik keek gisterenavond naar een concert met André Rieu op het plein in Maastricht. Daar spreekt hij dat mooie Limburgs. Nee, een Limburger ben ik niet. Niet eens een Brabander van geboorte. Maar sommige woorden glijden over de dialectgrenzen heen. Juist ja, schottelslet. En dan ben ik weer even kind bij oma.



Ha, galgen voor bretels. Wij hadden ook stieken achter op de fiets en een verwaand persoon noemden we strèllek.
Zie je de sep? Da's drop. We maakten sepwater van laurierdrop.
En flodderbone...die lust ik nog steeds niet!

zaterdag 27 juni 2020

De Lillebælt

Jaaa! ik ben erin gedoken. In de zee bij het Østerstrand; en wat was dat heerlijk. De temperatuur van het water is opgeklommen tot 20 graden, eventjes koud als je erdoor moet maar dan gewoonweg heerlijk. Je hebt geen idee wat zeewater doet voor een mens; ik voelde me herboren....



De chef ging er niet in; hij vond het nog veel te koud.
(kylling -zeggen we hier = bange kip)


De voor hun diploma geslaagde studenten van het gymnasium zie je weer overal op versierde wagens door de straten trekken. Ze gaan om de beurt alle ouders langs (en krijgen overal een kleine tractatie). Dit jaar waren er twee studentjes in onze straat! Ik vind het zo gezellig, feestelijk en hoopgevend. Muziek, gelach, gejuig en wij maar zwaaien.
Waar hun levenswegen hen nu heen voeren, tja dat weten ze zelf het beste. Doorstuderen, werken, wie weet :-)



Wat ik ook zo fijn vind is dat we "eten wat de tuin biedt".
Er is volop sla - diverse soorten - een hoop kruiden om er onderdoor te doen, komkommers en de eerste tomaat is nu oranje.
Er hangen grote trossen tomaten, dat wordt wat!
De meeste rode bessen zijn rijp, ik heb ze schoongemaakt, van suiker en water stroop gekookt en dit er over gegoten.

 Om te bewaren.....
Het eerste bakje is al leeg; die deed de chef bij de smoothies.

donderdag 25 juni 2020

Geen kampvuur, wel een blauw oog.


Sankte Hans, Sankte Hans...Nee, geen of weinig kampvuren op de stranden dit jaar. Geen heksen naar Bloksbjerg gestuurd en geen enkele verbrand op de top van de brandstapel. Weinig boze geesten dit jaar om weg te jagen - behalve die corona dan!

En tóch was het midzomernacht. 
Met het mooiste weer sinds jaren....


Wij fietsten langs de obelisk die ooit door de Franse gereformeerde kolonisten is opgezet.
Onze stad is geen natuurlijke stad. Nee, normaal gesproken zou niemand hier een nederzetting placeren. Het water in de Lillebælt hier heeft veel stroming en nederzettingen lagen daar waar het water rustig was en waar je goed kon vissen. Maar de plek was wel ideaal om een vesting te bouwen omdat men vanaf hier een heel goed overzicht had op eventuele vijanden.
Die vesting kwam er, met z'n wallen en grachten, palisaden, stadspoorten en soldaten.
Die soldaten en ander goed volk moesten eten, een onderkomen hebben, van kleding worden voorzien en meer van dat. De stad moest bewoond worden en Frederik de 3 verklaarde de stad voor vrijstad. 
Boeven, dieven en moordenaars vonden een plekje en men inviteerde vervolgens de Hugenoten, de Frans/Belgisch vervolgde gereformeerden omdat zij "een nijver volkje waren en de stad veel goeds konden brengen". Ze brachten tabaksplanten mee, bebouwden het land, smeedden zilver en staal en kwamen met vele andere ambachten. De stad was goed voor hen en zij waren goed voor de stad.



Daarom hebben veel mensen die in Fredericia wonen of wiens voorouders hier vandaan komen Franse namen. Armand, Le Blond,
Devantier, Dufresne, Deleuran, Desmarets, Dupont, Fournaise, Honore, Lefevre, Le Pierre, Louison, Vilain.
In het begin sprak men onderling Frans maar een paar generaties later sprak men meestal Duits en werden sommige namen "verduitst"
Armand werd Hermann en Le Pierre werd Stein.
Mijn man en kinderen dragen Deleuran als tussennaam.


We rustten uit bij de haven in de stad.

Wil je even zien hoe het weer hier is?


Prachtig weer en gelukkig niet zo warm als in Brabant.
Het zeewater is maar 17 graden warm, maar als je ziet hoeveel mensen erin gedoken zijn...! Vikingen ;-)



In de zon was het warrum! We hadden mensen/klanten op de koffie en zelfs al was de tafel-parasol uitgeklapt liep het zweet van ons gezicht af.

Na de koffie moesten de chef en ik nog twee planches afgeven op het gemeentehuis en ik zei dat we nú een grotere parasol gingen kopen. Zo gezegd zo gedaan. Een parasolvoet hadden we nog, alleen is dat ding loeizwaar. Om hem op z'n plaats te krijgen trokken en duwden we en oeps, ik verloor m'n evenwicht en gleed het perk in. Au, ik stootte m'n wenkbrouw aan een van de stenen op het terras en loop nu met een prachtig blauw oog. 


De parasol staat - nu ingeklapt - want toen we klaar waren zaten we in de schaduw.
En dat blauwe oog verdwijnt vanzelf (al meent de chef dat ik een zonnebril moet opzetten als ik boodschappen ga doen).