De zon scheen zo heerlijk naar binnen; ik besloot om het pakje lopend naar de post te brengen.
Het gras was bevroren; er stonden wat madeliefjes te verkleumen, maar in de voortuin staken de narcissen al hun kopjes omhoog.
Later op de dag kwam Carl (nou ja, ik ging hem halen) en ik vroeg of hij wat foto's wilde maken van wat vroege lente bloemetjes.
Daar is hij goed in; hij neemt er de tijd voor.
Hier eranthis....
...en sneeuwklokjes. Die noemen we hier vintergæk, wat zoveel betekent als "de draak steken met de winter". Ze hebben maar kleine klokjes; oude bolletjes zijn het.
Enfin, van het een komt het ander. Een "vintergæk" hoort bij een "gækkebrev". En op een gækkebrev hoort en vintergæk te worden geplakt. En een versje.
Deze is niet van Carl; die is namelijk nog een geheimpje) Tot slot de naam van de afzender; in stippeltjes. ........... Raden maar! (Carl heeft twee voornamen maar gebruikt alleen de eerste) Oma's en opa's, vaders en moeders kunnen nóóit raden wie de brief gestuurd heeft en als je het niet kunt raden ben je verplicht een paasei te geven. Natuurlijk weet Carl best dat het gemakkelijk te raden is, maar zijn theorie: een klein beetje moeite en ik heb een gratis paasei ;-)
"..Du sku' møde mine venner, det er de bedste som jeg har.."
(je zou mijn vrienden moeten zien; dat zijn de beste die ik heb)
Dat is een liedje in Denemarken en dat gaat over die vrienden waar je mee opgroeide. De vrienden uit de straat waar je woonde en waar je mee naar school ging.
Annemarie in Dordrecht, wiens moeder suikerziekte had en zichzelf moest inspuiten met van die lange akelige naalden.
Frans, mijn beste vriend; wij waren altijd samen.
Sela en Marianne die allebei een versje in mijn eerste poëziealbum schreven.
Clara in Oss wiens moeder altijd taarten bakte en die een oma had die héél ver weg woonde (Veendam). En Josefine, waarmee ik al mijn hartekwalen deelde.
Die vrienden die niet alleen jou kenden, maar ook je familie.
De tijd sijpelt maar door...
Ik heb vrienden vanaf het begin dat ik in Denemarken woonde en dat is dus al héél lang!
Wat waren we nog jong toen!
We trouwden, kregen kinderen, wisselden van baan en beroep.
De kinderen groeiden op, we werden trotse grootouders.
We kregen kwaaltjes en grijze haren. Een verloor haar man, een andere scheidde. Er kwam ziekte die overwonnen werd en een echtgenoot die hulpbehoevend werd.
Samen en apart, maar wel altijd in de buurt als je ze nodig had.
En we zien elkaar nog vaak en we zijn in ieder geval twee keer per jaar allemaal (bijna allemaal) samen.
Deze keer maakte ik een foto en die mag geplaatst worden.
Nu zijn we niet zo jong meer, maar nog steeds vrienden!
Benny, Lillian, Knud, Tove, Marianne, Lisbeth, Elsemarie, Elin en Lissi J. Lissi T, Ove en Sasi waren verhinderd en ik maakte de foto.
In juli vorig jaar maakte ik een paar foto's van het kleine Russisch Orthodoxe kerkje op het eilandje Baagø.
Op Philips verjaardag in oktober liet ik ze aan Kirsten zien. Kirsten was een vriendin van Ivona's vroeg gestorven moeder en een dame met heel veel eieren in haar korf. Ze zit in allerlei comité's en verenigingen en organiseert ook nog eens van-alles. Toen ik het verhaal bij de foto's vertelde over "het nonnetje op Baagø" vond ze dat de (kunst?filosofie?)vereniging daar zeker naar toe moest. En zodoende maakte ze een afspraak met het nonnetje en de 14 mei gaat er een hele groep naar het piepkleine eilandje om te horen hoe en waarom er op dat piepkleine eilandje een piepklein Orthodox kerkje ligt. Ik zou eigenlijk best mee willen, maar de dagtocht is nou al volgeboekt. Zo zie je maar weer eens; houd je oren en ogen open; je weet maar nooit waar het toe leidt.
Ik kreeg een aanbieding van het muziektheater in Vejle voor een liedjesavond met Laura Illeborg. Nog nooit van gehoord, maar - alweer - je weet maar nooit. Wij zijn niet zo bekend met dit muziektheater, maar op de kaartjes stond "De Jacob Gade zaal" en er was een pijl die wees dat we naar boven moesten. Onze kaartjes werden gescand en wij zaten boven op het balkon. Ik zei dat er iets niet klopte; dit was immers de grote theaterzaal en de coulissen leken verdraaid veel op het scenario uit Saterday Night Fever. Nu is het dat we deze musical eerder hebben gezien in London (en een keer vonden wij genoeg) dus ik ging toch maar vragen of we niet in de verkeerde zaal beland waren. Inderdaad, de Jacob Gade zaal lag nog een etage hoger. Als ik niks gezegd had dan zouden we een voorstelling hebben gezien die vier keer zoveel geld kostte.... Enfin, wij luisterden naar Laura Illeborg. Haar stem was niet zo goed, haar teksten waren beter, maar de gitarist die erbij was: fenomenaal! Knud (Gud) Møller.
Toen we terug naar de auto liepen hadden we het over Saterday Night Fever. De tijd dat men zaterdagsavonds ging dansen. We dachten terug aan de parasol-zaal bij hotel/restaurant Hybylund, waar we ooit zo innig gedanst hebben. Het danspavillon is allang weg; het hotel intussen ook. Nee, je ziet nergens meer danszalen. Zouden die allemaal vervangen zijn door fitnesscentra?
Gek toch, ik vergeet gewoon om foto's te maken. De dagen gaan dan ook sneller voorbij dan ik dacht. Gelukkig maar, want januari is nooit mijn meest geliefde maand geweest. (Sorry lieve dochter; had ik jouw geboorte toch niet goed gepland).
Genoeg te doen. Werk, koor, een concert in de Hannerup Kerk met een koorvriendin gisteren, een dagje shoppen met mijn lieve schoondochter vandaag en morgen met de chef naar een optreden van Laura Illeborg in het muziekhuis in Vejle. Daar gaat de week....
...ik maakte weer een puzzel af... Ik had hem maar boven op de naai/strijk en tv kamer neergelegd; beneden is het licht niet zo goed.
...en als ik dan naar beneden ga kijk ik zo de kamer in...
De chef had "rookvlees" meegebracht en ik moest meteen aan mijn ene opa denken. Die was hartpatiënt en moest zoutloos eten. Doktersadvies eind jaren 50. En zodoende kocht mijn oma trouw rookvlees voor op het brood. De arme man werd helaas niet ouder dan 66. Het hart gaf het toch op, ondanks de goede zorgen. Maar... als ik rookvlees heb dan denk ik aan opa. Zo zijn er veel meer etenswaren en dranken die herinneringen oproepen. Warme chocolademelk, vers geperst sinaasappelsap, wortelstampot. Bij het laatste lopen de rillingen nog over m'n rug. Ik lust dit echt niet, maar in het laatste jaar van de MMS liepen we de "Pax Christi". Drie dagen wandelen en praten door het Brabantse land. Slapen op hooizolders bij de boeren; dat kon toen nog allemaal. De laatste dag stonden we al heel vroeg op om naar de mis in de St.Jan in Den Bosch te gaan. Het was koud, we waren moe, het waren intense dagen geweest. Na de mis stonden er grote pannen met wortelstamp op ons te wachten en ondanks alles at ik er een klein bordje van leeg. Maar ik lust het nog steeds niet!